2 januari

Aanbidden in geest en waarheid

(GJE 1. 27, 13-15)
Want God is een Geest, en die Hem aanbidden, moeten Hem in de geest en in de waarheid aanbidden (Joh. 4,24).
En zie je, daarvoor is noch een berg, noch de een of andere tempel nodig, maar alleen een hart dat zoveel mogelijk rein, liefdevol en deemoedig is. Als het hart is wat het zijn moet, namelijk een vat van liefde tot God, een vat vol zachtmoedigheid en deemoed, dan is er volledige waarheid in dat hart; en waar waarheid is, daar is licht en vrijheid, want het licht der waarheid maakt ieder hart vrij. En als het hart vrij is, is ook de hele mens vrij.
Wie op deze wijze, met zo'n hart God liefheeft, is een echte aanbidder van God de Vader en de Vader zal zijn gebed steeds verhoren en er niet op letten of de plaats, die totaal niet van belang is, een berg of Jeruzalem is, want de aarde is overal op dezelfde wijze van God. Hij let alleen maar op het hart van iedere mens.