15 januari

Vijfde en zesde scheppingsdag

(GJE 1. 162)
De vijfde en de zesde dag beschrijven de schepping van de dierenwereld en de schepping van de mens. Daarmee beschrijft Mozes het
geheel tot leven komen en de zekere verwerkelijking van alles wat de mens van nature in zich heeft. De mens herkent en aanschouwt in het zuiver goddelijk ongeschapen licht de onbeperkte en eindeloos afwisselende overvloed van de scheppingsideeën en vormen en gaat zich op deze wijze zijn zuiver goddelijke afkomst realiseren. Het verhaal van de schepping van de eerste mens is het beeld voor de algehele menswording, of het verkrijgen van het volmaakte kindschap van God.
Maar zoekt u voor alles in uw hart het Rijk van God en zijn gerechtigheid en maakt u zich over al het andere weinig zorgen; want dat alles kan u geheel onverwacht ten deel vallen.