- 12 augustus -

Handelen volgens de leer

(GJE V 131, 1-2, 5, 7)
De Heer: Jullie moeten er bij je toekomstige leerlingen vooral op toezien dat ze de nieuwe leer niet slechts horen en geloven, maar dat ze ijverig aan de slag gaan volgens de ontvangen leer, die ze als overtuigend waar hebben aangenomen; want deze leer zal in ieder mens pas tot volledige waarheid worden, als hij in zichzelf ook de vervulling van de beloften die erin gedaan worden, begint waar te nemen; en hij uiteindelijk niets anders kan doen dan tot zichzelf zeggen: Ja, de leer is waarachtig van God, want door deze in praktijk te brengen begint de ene na de andere belofte die daarin gegeven wordt, daadwerkelijk en in waarheid in vervulling te gaan!
Heeft iemand het eenmaal zover gebracht, dan heeft hij reeds gewonnen en daarmee ook Mijn leer, als voorbeeld voor vele anderen die het nog aan het proberen zijn, maar nog niet tot werkzaamheid gekomen zijn. Hierdoor aangemoedigd zullen ze zelf met meer inzet aan het werk gaan; pas dan zal het hun vruchten opleveren, ook al zijn het er in het begin nog zo weinig.
Laat je vooral niet misleiden door zaken die men van oudsher in ere houdt! Niet door de sabbat of de nieuwe maan, niet door de Schrift, de tempel, de graven van de profeten, ook niet door de plaatsen waar Ik Zelf met jullie heb gewerkt, niet door de pure magie van Mijn naam, niet door tempels, huizen van patriarchen of bepaalde uren van de dag; dergelijk uitwendig dwaas gedoe leidt jullie af van de hier vernomen waarheid!
Alles is nu de liefde tot God en de naaste, maar niet slechts in theorie, maar waarachtig metterdaad; en daar is noch een sabbat noch een nieuwe maan voor nodig, ook geen tempel of een bijzondere tijd, of een fraai omzoomd kleed, een lang onzinnig gebed, noch een zoenoffer of het slachten en verbranden van ossen, kalveren en bokken, maar alleen de liefde die Ik jullie nu al zo vaak heb onthuld.